Thomas Groenewoud is manager financiën en inkoop bij ZorgSaam.
genomineerd voor de zorgverslimmer award 2024
Thomas Groenewoud
Samenwerkingen versterken zorgregio Zeeland
Zeeland is een regio waar de vergrijzing én het personeelstekort in de zorg nog net iets extremer zijn dan in de rest van Nederland. Reden voor Thomas Groenewoud, manager financiën en inkoop bij ZorgSaam, om stevige en bijzondere samenwerkingen op te zoeken. Ook met België.
Met zo’n personeelstekort wil je niet met elkaar concurreren
Je kreeg in 2023 de titel ‘Zorgfinancial van het jaar’. Wat doe je precies?
“Als financial hou ik me bezig met het organiseren van de zorg. Er zijn twee initiatieven waar ik me in het bijzonder voor in heb gezet. Het ene is het helpen opzetten van de Zeeuwse zorgcoalitie. Dat is een samenwerkingsverband van 62 zorgorganisaties uit de regio, die samen nadenken over oplossingen voor het arbeidsmarktprobleem. We komen in 2030 in de regio 7500 zorgmedewerkers tekort. Met zo’n personeelstekort wil je niet met elkaar concurreren, maar juist samenwerken. Ik heb bestuurders en financials van verschillende instellingen met elkaar verbonden en samen hebben we gekeken naar de bestuurlijke opgaven die er liggen, en hoe die bekostigd en gerealiseerd kunnen worden. Daar hebben we gesprekken over gevoerd met CZ en Zilveren Kruis. Uiteindelijk hebben we samen een groot IZA (integraal zorgakkoord) aangevraagd van bijna negentig miljoen, om de zorgtransformatie de komende jaren mogelijk te maken. We kunnen heel veel van elkaar leren. Zo zijn we samen een concept aan het bedenken over hoe we het verpleeghuis van de toekomst kunnen inrichten, met structureel tien procent minder medewerkers. Daarin denken we aan spraakherkenning, en stukje robotisering, data-uitwisseling. Samen hebben we in beeld gebracht wat er nodig is om die transformatie mogelijk te maken.”
En het andere initiatief?
“Dat is het verbinden van het ziekenhuis in Terneuzen met het UZ Gent. We hadden al heel lang een samenwerking op het gebied van uitwisseling van medewerkers en scholing. Veel van onze medewerkers zijn in het UZ Gent geschoold en we hadden ook al gedeelde vakgroepen. Zo hebben we bijvoorbeeld bijzondere neurochirurgie teruggehaald naar Terneuzen, wat uniek is voor een perifeer ziekenhuis. Maar we zijn nog een niveau verdergegaan, met een prioriteitsaandeel. Daarin hebben we afgesproken dat we altijd eerst kijken of we met elkaar kunnen samenwerken. Dat kan zijn: samenwerking op vakgroepniveau, maar ook als je een medisch specialist zoekt, of OK-assistenten, dat je dan eerst kijkt: kan de ander dat leveren? Zo’n gestructureerde samenwerking tussen een twee ziekenhuizen over de grens is uniek in Europa.”
Wat betekent dat concreet? Wat levert het op?
“Het betekent veel in continuïteit, om te beginnen. Maar het betekent ook dat je voor het ziekenhuis zoals het er nu staat, met alle arbeidsvragen die daar omheen spelen, echt de grens gaat gebruiken. In positieve zin. En dat je daarmee als werkgever ook aantrekkelijker wordt voor jongeren en net opgeleide medisch specialisten. We hebben dat een beetje gekopieerd vanuit de havens. Vroeger had je de havens in Vlissingen en Terneuzen, Zeeland Seaport, en je had de haven van Gent. Dat is één havengebied geworden en dat heeft de regio een enorme boost gegeven. Dat samenwerken over grenzen heen: zo hebben we ook naar de zorg en het ziekenhuis gekeken.”
Wat is jouw motivatie om je zo in te zetten voor de zorg in Zeeland?
“Ik zie dat het noodzakelijk is wat we doen en ik kom hier vandaan. In Zeeland zie je de zorgvraag enorm stijgen en ook het tekort aan medewerkers is hier net iets extremer dan in de rest van Nederland. Ik probeer altijd te leren van dingen die ik zie, zoals de havens, en daar iets mee te doen. Het mooie van werken in de zorg is dat je concreet ziet wat je aan het doen bent en dat dat maatschappelijk impact heeft. Je ziet wat je werk betekent voor patiënten en cliënten, maar ook op materieel gebied zie je wat het doet: dat er een nieuwe OK wordt geopend in Terneuzen bijvoorbeeld. Ons cluster zorgt er vaak voor dat zoiets gerealiseerd kan worden. Ik heb het gevoel dat ik hier meer kan doen dan in een chemiebedrijf om de hoek.”
Hoe zou jij de zorg in de regio graag zien, wat zijn je ambities?
“Ik zou de komende jaren veel meer af willen van de verpleeghuiszorg, vooral vanwege het arbeidsmarktprobleem, zodat we meer een beroep gaan doen op familie en mantelzorgers. In ziekenhuiszorg zie ik echt nog veel meer potentie op het gebied van samenwerking. Zo’n samenwerking gaan niet vanzelf, dat zal in andere regio’s ook zo zijn. Bestuurders komen elkaar nog wel eens tegen, maar financials zijn vaak nog erg gericht op hun eigen instelling. Mijn ervaring is dat je die moet bewegen om samen te werken en samen iets neer te zetten. Ik geloof dat als je dat doet, zoals we dat in Zeeland hebben gedaan, dat je dan veel verder komt dan wanneer je uitdagingen die spelen alleen maar op de bestuurstafel laat liggen. Ik doe dus graag een oproep om de verbinding op te zoeken.”