genomineerd voor de zorgverslimmer award 2024

Wang Long Li

Wang Long Li is oprichter van Tinybots en ontwikkelde zorgassistent Tessa.

Virtuele zorgassistent helpt ouderen met dementie

Medicijnen innemen, iets eten, de gordijnen opendoen: voor mensen met dementie is het allemaal niet vanzelfsprekend om daaraan te denken. Tinybots ontwikkelde Tessa: een virtuele zorgassistent die precies weet welke zorgbehoeften ze op welk moment hebben en ze daarop attendeert. En als het aan Wang Long Li ligt, is dat nog maar het begin van wat Tessa kan betekenen voor de zelfredzaamheid van ouderen.

Tinybots heeft zorgassistent Tessa ontwikkeld. Wat is Tessa precies?

“Tessa is een virtuele zorgassistent voor mensen met dementie. Veel mensen denken dat we een robot hebben die Tessa heet, maar eigenlijk verwijst de naam naar het systeem erachter, de hardware. Op basis van gegevens over de behoeften van de gebruiker, geeft Tessa persoonlijke, verbale begeleiding om te zorgen dat de gebruiker zelfredzaam blijft.”

Hoe werkt het?

“Tessa krijgt input, vanuit zorgverleners en mantelzorgers, over de behoeften van de gebruiker en weet dan: ik moet deze persoon om die tijd proberen te motiveren om medicijnen in te nemen, of te gaan eten bijvoorbeeld. We zijn het systeem aan het doorontwikkelen. Tessa is dus niet alleen te koppelen aan het robotje dat we hebben, maar ook aan elke andere smart device, zoals een mobiel, tablet of smart tv. Dat is cruciaal, want de verbale begeleiding is op verschillende plekken, op verschillende momenten, wenselijk voor de doelgroep.”

Eigenlijk een soort persoonlijke siri?

“Ja, alleen siri geef je een commando om uit te voeren en dat stopt dan weer. Tessa is zich bewust van de zorgvraag. Zeker met mensen die vaak zelf vergeten wat ze nodig hebben en op welk moment, is het fijn dat Tessa zelf initiatieven neemt. Mantelzorgers hebben ook een app waarmee ze verbonden zijn met een specifieke Tessa. Zij kunnen aangeven: mijn vader of moeder heeft moeite met tijdig eten, gaat niet op tijd slapen of heeft last van dwalen. Dan kunnen ze dat aangeven in de app. Tessa programmeert op die momenten een interactie voor zichzelf en kijkt dan of hij ondersteuning kan bieden. Stel dat Tessa dan gekoppeld is aan, bijvoorbeeld, een slimme deurknop of een sensor, dan registreert Tessa dat iemand de deur uit wil. Als het op een bijzonder moment is, bijvoorbeeld midden in de nacht, zal Tessa zelf de gebruiker aanspreken, door te zeggen: “Het is vier uur ’s nachts. Over een paar uurtjes komt uw dochter. Het is beter om thuis te blijven en nog even te slapen. En zo begeleidt Tessa de gebruiker door de dag.”

Welke tekst gebruikt Tessa dan?

“We gebruiken veel templates, gebaseerd op de vele input die we de afgelopen vijf jaar hebben gehad. We willen straks dat iemand alleen maar hoeft aan te geven: ik heb hier iemand die moeite heeft met voldoende drinken of met medicijnen innemen. En dat het systeem dan zelf hoort en weet welke toon, welke manier van aanspreken het beste werkt bij die persoon. Als iemand bijvoorbeeld heel veel weerstand biedt om iets op te volgen, zal Tessa het steeds op een andere manier proberen en uiteindelijk vanzelf de juiste manier kiezen.”

Hoe zijn jullie op dit idee gekomen?

“Het is ontstaan vanuit mijn eigen onderzoek. Ik heb een achtergrond in productontwikkeling en daarna ben ik in de psychologie op zoek gegaan naar hoe dit soort technologie zinvol ingezet kan zetten in de maatschappij. Ik heb affiniteit met de zorg en wilde daar graag een bijdrage aan leveren. We hebben veel onderzoek gedaan naar wat deze technologie, robotica en kunstmatige intelligentie moet doen om zinvol te zijn voor ouderen met dementie. Initieel dachten we: als we die mensen heel veel dingen uit handen nemen, dingen die moeilijker worden, dan is dat vast heel fijn. Maar de realiteit lag anders: we kregen de reactie dat mensen dingen juist zelf wilden blijven doen, om grip op hun leven te houden. Ze wilden zo lang mogelijk zelfstandig zijn in plaats van afhankelijk worden van alles om hen heen. Toen zijn we daar technologie voor gaan ontwikkelen. We zijn met z’n tweeën gestart en zijn inmiddels met een team van vierentwintig.”

Wie werken er al met Tessa?

“We hebben contact met zo’n 175 thuiszorgorganisaties in Nederland, en er zijn zo’n 3000 Tessa’s in gebruik, maar er zijn ongeveer zestien partijen die ook echt structureel aan het inzetten en opschalen zijn. Het zorgstelsel is ingewikkeld en als iets niet wordt vergoed, is het een uitdaging om op te schalen. Zorginstellingen hebben keuze uit veel soorten technologie, ze moeten keuzes maken. De keuze voor Tessa is vaak een hele bewuste, omdat het zorgorganisaties directe besparing oplevert.”

Wat bespaart het zorgorganisaties?

“Normaliter zou er een zorgverlener naar iemand toe moeten om bijvoorbeeld te helpen met medicatie innemen of iemand te instrueren om de persoonlijke verzorging zelf uit te voeren. Er is behoefte om de zelfredzaamheid te vergroten, maar dan heb je wel begeleiding nodig en door het personeelstekort is die er meestal niet. Die problemen los je met Tessa direct op. Gemiddeld gezien kan het twee uur per week aan professionele zorg besparen, zoals van wijkverpleegkundigen. Het hangt erg af van de cliënt natuurlijk, en welk stadium van dementie die cliënt heeft, maar gemiddeld gezien hebben cliënten zo’n vier tot zeven uur wijkverpleegkundige zorg nodig, per week. Dat is dus een besparing van bijna vijftig procent. Daarnaast zien we dat er ook mensen zijn die nu nog helemaal geen zorg krijgen, vanwege het personeelstekort in de zorg, maar die daar wel behoefte aan hebben. Als die begeleiding krijgen, iets lichtere ondersteuning, dan kan iemand waarschijnlijk langer thuis blijven wonen. Tessa kan die persoonlijke begeleiding bieden, zonder dat je daar – zoals bij beeldbellen- iemand anders voor nodig hebt.”

Welke ontwikkelingen zie je de komende jaren voor je, voor Tessa?

“Tessa is nu voor ongeveer tien procent wat we voor ogen hebben. Wij hebben een visie. We geloven dat een zorgassistent altijd beschikbaar zou moeten zijn, ook buitenshuis. Dat het straks meebeweegt en gekoppeld is aan de juiste device, is onze eerste stap. Dan gaan we het verbinden met andere devices, misschien zonder interface, die dingen kunnen uitvoeren. Een robotje dat de gordijnen op en dicht kan doen, bijvoorbeeld. Het komt regelmatig voor dat mensen vergeten de gordijnen open te doen, terwijl dag- en nachtritme voor mensen met dementie zo belangrijk is. Ik zie voor me dat Tessa dat in de toekomst allemaal gaat aansturen. Ik denk dat het er al mee begint dat Tessa onderdeel wordt van het huis, van de woonomgeving. En uiteindelijk willen we ook kijken naar andere doelgroepen, zoals mensen met een verstandelijke beperking of autisme. Maar daarin kunnen we nu nog geen stappen maken, omdat de financiering lastig is, maar we proberen nu samen op te trekken met onderzoeksinstituten en zorgverzekeraars. Ik hoop dat we het hiermee uiteindelijk mogelijk maken om langer een ‘normaal’ leven te leiden als je Alzheimer krijgt. Voor de ouderen van nu én voor onszelf, later.”