Veelgestelde vragen
Veelgestelde vragen
-
Moet een behandelaar nog indirecte tijd registreren?
Nee, voor de financiële afhandeling is dat niet meer nodig. In het tarief is al een stukje voor kosten voor indirecte tijd meegenomen.
Voor de materiële controle is het wel belangrijk om alle indirecte tijd die vasthangt aan verplichtingen vanuit het kwaliteitsstatuut, goed vast te leggen.
De verhouding directe tijd – indirecte tijd verschilt per instelling, activiteit en prestatie.
-
Wat houdt ‘planning = realisatie, tenzij’ in?
Eén van de veranderingen is dat het zorgprestatiemodel uitgaat van het principe: planning = registratie, tenzij. Dit betekent dat zorgverleners niet meer hoeven vast te leggen dat een cliënt op consult is geweest, want dat volgt al automatisch uit de planning. De belangrijkste ‘tenzij’ is een no-show of als je bij een individueel consult meer dan 30 minuten afwijkt van de geplande tijd.
-
Wat is de definitie van directe tijd?
In de regels van de NZa staat de volgende uitleg over directe tijd:
Dit is de tijd waarin een behandelaar in het kader van de diagnostiek of behandeling contact heeft met de patiënt of met familieleden, gezinsleden, ouders, partner of andere naasten (het systeem) van de patiënt.Onder direct patiëntgebonden tijd vallen:
• face-to-face contact;
• telefonisch contact;
• schriftelijk contact;
• elektronisch contact via e-mail of internet (chatten, beeldbellen etc.).Het gaat hier dus alleen om tijd in het kader van het behandelplan. Hieronder valt bijvoorbeeld niet bijpraten, koffiedrinken of het maken van een afspraak.
-
Heb je in het ZPM ook te maken met behandeltrajecten van 1 jaar?
Binnen het ZPM heb je losse prestaties die je direct kunt declareren. Bij ieder behandeling wordt ook een zorgtraject geopend. Het zorgtraject loopt zolang de behandeling duurt. Dat kan korter of langer dan een jaar zijn.
-
Tot wanneer kunnen DBC's die 'hard' worden afgesloten per 31 december 2021, nog ingediend worden?
Alle DBC’s en DBBC’s worden per 31 december hard afgesloten. Aan de DBC’s die voor 1 oktober zijn geopend, gelden de voorwaarden van het ZPM. Bijvoorbeeld een MDO en voldoende betrokkenheid van de regiebehandelaars. Voor DBC’s die na 1 oktober zijn geopend wordt een aantal voorwaarden losgelaten.
De exacte voorwaarden lees je op Zorgprestatiemodel.nl.
Zie ook: https://puc.overheid.nl/nza/doc/PUC_632218_22/
Veelgestelde vragen Zorgvraagtypering
-
Is het verplicht om aan de zorgvraagtypering mee te doen?
Ja het is vanaf 1 januari 2022 verplicht om de zorgvraagtypering op te factuur te zetten. Behalve in de diagnostische fase; dan is de zorgvraagtypering nog niet uitgevoerd, terwijl de consulten wel declarabel zijn.
-
Wie is verantwoordelijk voor de zorgvraagtypering?
De regiebehandelaar moet de zorgvraagtypering uitvoeren en is daardoor verantwoordelijk.
-
Hoe werkt dit in de praktijk?
De zorgvraagtypering wordt door de regiebehandelaar uitgevoerd. Daarvoor moet een vragenlijst worden ingevuld. Er zijn twee soorten vragenlijsten: De volledige HoNOS+-vragenlijst en de dynamische versie van de HoNOS+-vragenlijst. Er kan gekozen worden voor de dynamische vragenlijst. Met 5-6 vragen wordt een typering afgeleid. De dynamische lijst mag gebruikt worden onder de voorwaarde dan minimaal 5% van de cliënten met de volledige lijst wordt getypeerd.
-
Hoe verhoudt dit zich tot het zorgtrajectnummer?
De zorgvraagtypering geeft inhoudelijke informatie over (een deel van) de behandeling. Samen met de zorgprestaties die de hoeveelheid zorg weergeven ontstaat inzicht in omvang en zwaarte van de zorg. Om de eenheid van de totale behandeling te waarborgen is het zorgtrajectnummer in het leven geroepen. Alle losse zorgprestaties en de zorgvraagtypering(en) en de DSM-diagnose worden aan het zorgtrajectnummer gekoppeld. Door het zorgtrajectnummer ontstaat informatie over het hele traject van de cliënt. Je kunt het beschouwen als een ‘onder water’ DBC met zorgzwaarte informatie.
Het zorgtraject is niet afhankelijk van tijd, diagnosen of zorgvraagtypering. Het wordt geopend bij de start van de behandeling en blijft door lopen totdat de behandeling wordt afgesloten. Dat kan na een paar maanden zijn, maar het kan ook een aantal jaren open blijven staan. Er staat per instelling altijd maar één zorgtrajectnummer per cliënt open. Parallelliteit is niet toegestaan.
-
Mogen er meerdere zorgvraagtyperingen worden uitgevoerd?
Ja, als de situatie van de cliënt verandert, moet er opnieuw een zorgvraagtypering worden uitgevoerd. Het meest logische moment is het moment waarop de evaluatie van de behandeling plaatsvindt.
Neem contact op
Wij zijn Tenzinger
Wij verslimmen de zorg met datagedreven oplossingen voor menselijke zorg.
-
Dé zorgverslimmers
300+ experts in ict, data, zorg, consultancy en projectmanagement
-
15+ jaar ervaring in digitalisering
In jeugd- en pleegzorg, ggz, ouderenzorg en gehandicaptenzorg
-
170.000 zorgverleners
Maken gebruik van onze oplossingen